direct naar inhoud van Artikel 19 Sport
Plan: Buitengebied 2011
Status: voorontwerp
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0988.BPBuitengebied-VO02

Artikel 19 Sport

19.1 Bestemmingsomschrijving
19.1.1 Algemeen

De voor 'Sport' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. sportieve recreatie;
  • b. schietbomen met kogelvangers ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van sport – kogelvanger';

met daaraan ondergeschikt:

    • 1. daghoreca in de vorm van een kantine;
    • 2. parkeervoorzieningen;
    • 3. groenvoorzieningen;
    • 4. verkeersvoorzieningen, waaronder perceelsontsluitingswegen;
    • 5. voorzieningen ten behoeve van openbaar nut;
    • 6. waterhuishoudkundige voorzieningen.
19.1.2 Dubbelbestemmingen en aanduidingen

Voor zover de gronden tevens zijn gelegen binnen de aangewezen dubbelbestemmingen en aanduidingen zijn mede de desbetreffende regels van toepassing, met inachtneming van de voorrangsregels uit artikel 45.2.

19.2 Bouwregels
19.2.1 Algemeen

Op de voor 'Sport' aangewezen gronden mogen uitsluitend worden gebouwd:

  • a. bouwwerken passende binnen de bestemming (zoals een clubgebouw, kantine, kleedruimten, opbergruimten, etc.);
  • b. bouwwerken, geen gebouwen zijnde, welke qua aard en afmetingen passen binnen deze bestemming;
  • c. verhardingen, parkeervoorzieningen, groenvoorzieningen en andere voorzieningen, waaronder begrepen energievoorzieningen;
  • d. maximaal het aantal schietbomen met kogelvangers zoals aangegeven op de verbeelding ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van sport - kogelvanger'.
19.2.2 Regels ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak'

Ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak' gelden de volgende regels:

  • a. binnen het bouwvlak mogen gebouwen, bijgebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde worden gebouwd;
  • b. het bouwvlak mag volledig worden bebouwd;
  • c. de goothoogte van gebouwen, mag maximaal de bestaande goothoogte bedragen;
  • d. de bouwhoogte van gebouwen, mag maximaal de bestaande goothoogte bedragen.
19.2.3 Overige regels met betrekking tot bebouwing
  • a. gebouwen van ondergeschikte betekenis en bouwwerken geen gebouwen zijnde mogen ook buiten het bouwvlak, maar dienen uitsluitend binnen het bestemmingsvlak, te worden gebouwd;
  • b. bouwwerken geen gebouwen zijnde dienen qua aard en afmetingen bij de bestemming te passen;
  • c. de oppervlakte van een gebouw van ondergeschikte betekenis mag maximaal 20 m2 bedragen;
  • d. in totaal mag per sportaccommodatie ten hoogste 60 m2 aan gebouwen van ondergeschikte betekenis worden opgericht;
  • e. de goot- en bouwhoogte van een gebouw van ondergeschikte betekenis mogen maximaal 3,00 m bedragen;
  • f. De bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag maximaal 4,00 m bedragen, met uitzondering van:
    • 1. lichtmasten, waarvan de bouwhoogte maximaal 10,00 m mag bedragen;
    • 2. reclamemasten, waarvan de bouwhoogte maximaal 4,00 m mag bedragen;
    • 3. ballenvangers en andere sportvoorzieningen, waarvan de bouwhoogte maximaal 10,00 m mag bedragen;
    • 4. erfafscheidingen waarvan de bouwhoogte maximaal 2,00 m mag bedragen;
    • 5. maximaal het op de verbeelding aangegeven aantal schietbomen met kogelvangers met een hoogte van maximaal 20,00 m ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van sport - kogelvanger'.
19.2.4 Antenne-opstelpunten

Op gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde hoger dan 15,00 m mogen antenne-opstelpunten worden opgericht, mits deze antennemasten niet hoger zijn dan 5,00 m vanaf bovenkant gebouw of bouwwerk, geen gebouw zijnde.

19.3 Nadere eisen
19.3.1 Onderwerpen

Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen ten aanzien van:

  • a. de situering en afmetingen van de bebouwing;
  • b. het aantal parkeerplaatsen en de situering daarvan.
19.3.2 Toepassingscriteria

De onder 19.3.1 genoemde nadere eisen mogen uitsluitend worden gesteld ten behoeve van:

  • a. het stedenbouwkundig beeld;
  • b. de verkeersveiligheid;
  • c. een goede parkeerbalans;
  • d. de milieusituatie;
  • e. de sociale veiligheid;
  • f. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.
  • g. de bescherming van het cultuurhistorische karakter van de bestaande bebouwing en bouwwerken en van omliggende waarden.
19.4 Afwijken van de bouwregels

Niet van toepassing

19.5 Specifieke gebruiksregels
19.5.1 Strijdig gebruik

Onder gebruiken en/of laten gebruiken in strijd met het bestemmingsplan wordt in ieder geval verstaan het gebruik van gronden en bouwwerken voor en/of als:

  • a. opslag, stort en/of lozingsplaats van al dan niet aan het gebruik onttrokken goederen, grond, stoffen en materialen, anders dan inherent aan het toegelaten gebruik;
  • b. als volkstuin;
  • c. bedrijfsdoeleinden;
  • d. detailhandel, tenzij het betreft detailhandel welke verband houdt met en ondergeschikt is aan de geldende bestemming;
  • e. horeca, tenzij het betreft daghoreca die verband houdt met en ondergeschikt is aan de geldende bestemming;
  • f. voor reclamedoeleinden, anders dan ten behoeve van de eigen inrichting;
  • g. kantoordoeleinden, tenzij het betreft kantoordoeleinden welke verband houden met en ondergeschikt zijn aan de sportaccommodatie;
  • h. wonen;
  • i. prostitutiedoeleinden.
19.6 Afwijken van de gebruiksregels

Niet van toepassing.

19.7 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden

Niet van toepassing

19.8 Wijzigingsbevoegdheid

Niet van toepassing.